Als je je ongerust maakt over je vaginale gezondheid of als je last hebt is het altijd goed om even contact op te nemen met je huisarts. Die kan je dan gericht verder helpen. Mogelijke symptomen/klachten of een combinatie hiervan kunnen wijzen op een ontsteking of infectie: jeuk, branderig gevoel, overmatige toename in vaginale afscheiding, verandering in de kleur van je vaginale afscheiding of een onaangename geur), blaasontsteking, roodheid, zwelling, algemene pijn of pijn tijdens seksueel contact, enz. In veel gevallen kan dit een voorbijgaand fenomeen zijn en is er geen behandeling nodig. Maar als het weken aansleept en toch een grote invloed heeft op je dagelijkse leven, kan het geen kwaad om eens langs te gaan bij je huisarts of gynaecoloog voor een check-up.
Je vagina evolueert met je mee doorheen de verschillende fases van je leven. Het is dus belangrijk om te beseffen dat jouw persoonlijk resultaat voor Isala – als het bijvoorbeeld iets minder gunstig lijkt – niet meteen betekent dat je vandaag nog tot hetzelfde type behoort. Daarom is onze belangrijkste boodschap altijd: als je klachten ervaart, contacteer dan je vertrouwde arts zodat je geholpen kan worden. Verder is het aangeraden om iedere 3 jaar een uitstrijkje te laten nemen bij je huisarts of gynaecoloog.
Er zijn inderdaad al een aantal studies die een verband leggen tussen het vaginale microbioom en vruchtbaarheid. Ook zou het microbioom gecorreleerd zijn met ivf-succes. Maar we weten nog niet genoeg om het vaginale microbioom al te kunnen gebruiken als diagnostisch middel tijdens een vruchtbaarheidstraject, laat staan dat er al therapieën ontwikkeld zijn om je vaginale microbioom te verbeteren en zo je vruchtbaarheid te verhogen. Dit is wel iets dat het Isala team heel graag in een vervolgtraject wil onderzoeken.
Wanneer het vaginale microbioom uit balans is, stijgt de kans op vaginale infecties en ziekten. Deze kunnen op hun beurt de kans op vroeggeboorte (d.i., een geboorte voor 37 weken) verhogen. Eerdere studies tonen aan dat het vaginale microbioom mogelijk gebruikt kan worden om een vroeggeboorte te voorspellen. Maar hier zijn nog meer onderzoeken voor nodig. Zo onderzoekt het Isala team momenteel samen met gynaecoloog prof. Gilbert Donders de link met het vaginale microbioom, vroeggeboorte en orale probiotica in een grootschalige interventiestudie.
Eerdere studies toonden al aan dat een ongebalanceerd vaginaal microbioom gecorreleerd is aan een verhoogde kans op het oplopen van een SOA (d.i., seksueel overdraagbare aandoening). Recentonderzoek toont verbanden tussen het vaginale microbioom en HPV, HIV. Zo is het minder voorkomen van Lactobacillis crispatusgeassocieerd met een hoger risico op deze SOAs. Andersom is het hebben van Gardnerellaook geassocieerd met zo’n hoger risico. Maar pas op: deze associaties of verbanden willen helemaal niet zeggen dat dat bij jou het geval is. Veilig vrijen blijft de boodschap, onafhankelijk van hoe je microbioom eruit ziet. Er is ook nog helemaal geen duidelijkheid uit het huidige wetenschappelijke onderzoek dat deze microbioomverschuivingen mee aan de oorzaak liggen van een SOA.
Terugkerende (of chronische) schimmelinfecties kunnen wijzen op een verstoring van het vaginale microbioom. Dat betekent dat het theoretisch mogelijk moet zijn om jouw vaginaal microbioom te versterken om het beter te laten vechten tegen schimmelinfecties. Alleen weten we op dit moment nog te weinig hoe we dit best doen. Eerder onderzoek van het Isala team werkte al aan de ontwikkeling van een vaginale gel met lactobacillen die schimmelinfecties kon verminderen. Zie hier en hier voor de links naar de studies.
Als je je ongerust maakt over je vaginale gezondheid of als je last hebt is het altijd goed om even contact op te nemen met je huisarts. Die kan je dan gericht verder helpen. Mogelijke symptomen/klachten of een combinatie hiervan kunnen wijzen op een ontsteking of infectie: jeuk, branderig gevoel, overmatige toename in vaginale afscheiding, verandering in de kleur van je vaginale afscheiding of een onaangename geur), blaasontsteking, roodheid, zwelling, algemene pijn of pijn tijdens seksueel contact, enz. In veel gevallen kan dit een voorbijgaand fenomeen zijn en is er geen behandeling nodig. Maar als het weken aansleept en toch een grote invloed heeft op je dagelijkse leven, kan het geen kwaad om eens langs te gaan bij je huisarts of gynaecoloog voor een check-up.
Je vagina evolueert met je mee doorheen de verschillende fases van je leven. Het is dus belangrijk om te beseffen dat jouw persoonlijk resultaat voor Isala – als het bijvoorbeeld iets minder gunstig lijkt – niet meteen betekent dat je vandaag nog tot hetzelfde type behoort. Daarom is onze belangrijkste boodschap altijd: als je klachten ervaart, contacteer dan je vertrouwde arts zodat je geholpen kan worden. Verder is het aangeraden om iedere 3 jaar een uitstrijkje te laten nemen bij je huisarts of gynaecoloog.
Er zijn inderdaad al een aantal studies die een verband leggen tussen het vaginale microbioom en vruchtbaarheid. Ook zou het microbioom gecorreleerd zijn met ivf-succes. Maar we weten nog niet genoeg om het vaginale microbioom al te kunnen gebruiken als diagnostisch middel tijdens een vruchtbaarheidstraject, laat staan dat er al therapieën ontwikkeld zijn om je vaginale microbioom te verbeteren en zo je vruchtbaarheid te verhogen. Dit is wel iets dat het Isala team heel graag in een vervolgtraject wil onderzoeken.
Wanneer het vaginale microbioom uit balans is, stijgt de kans op vaginale infecties en ziekten. Deze kunnen op hun beurt de kans op vroeggeboorte (d.i., een geboorte voor 37 weken) verhogen. Eerdere studies tonen aan dat het vaginale microbioom mogelijk gebruikt kan worden om een vroeggeboorte te voorspellen. Maar hier zijn nog meer onderzoeken voor nodig. Zo onderzoekt het Isala team momenteel samen met gynaecoloog prof. Gilbert Donders de link met het vaginale microbioom, vroeggeboorte en orale probiotica in een grootschalige interventiestudie.
Eerdere studies toonden al aan dat een ongebalanceerd vaginaal microbioom gecorreleerd is aan een verhoogde kans op het oplopen van een SOA (d.i., seksueel overdraagbare aandoening). Recentonderzoek toont verbanden tussen het vaginale microbioom en HPV, HIV. Zo is het minder voorkomen van Lactobacillis crispatusgeassocieerd met een hoger risico op deze SOAs. Andersom is het hebben van Gardnerellaook geassocieerd met zo’n hoger risico. Maar pas op: deze associaties of verbanden willen helemaal niet zeggen dat dat bij jou het geval is. Veilig vrijen blijft de boodschap, onafhankelijk van hoe je microbioom eruit ziet. Er is ook nog helemaal geen duidelijkheid uit het huidige wetenschappelijke onderzoek dat deze microbioomverschuivingen mee aan de oorzaak liggen van een SOA.
Terugkerende (of chronische) schimmelinfecties kunnen wijzen op een verstoring van het vaginale microbioom. Dat betekent dat het theoretisch mogelijk moet zijn om jouw vaginaal microbioom te versterken om het beter te laten vechten tegen schimmelinfecties. Alleen weten we op dit moment nog te weinig hoe we dit best doen. Eerder onderzoek van het Isala team werkte al aan de ontwikkeling van een vaginale gel met lactobacillen die schimmelinfecties kon verminderen. Zie hier en hier voor de links naar de studies.
Als je je ongerust maakt over je vaginale gezondheid of als je last hebt is het altijd goed om even contact op te nemen met je huisarts. Die kan je dan gericht verder helpen. Mogelijke symptomen/klachten of een combinatie hiervan kunnen wijzen op een ontsteking of infectie: jeuk, branderig gevoel, overmatige toename in vaginale afscheiding, verandering in de kleur van je vaginale afscheiding of een onaangename geur), blaasontsteking, roodheid, zwelling, algemene pijn of pijn tijdens seksueel contact, enz. In veel gevallen kan dit een voorbijgaand fenomeen zijn en is er geen behandeling nodig. Maar als het weken aansleept en toch een grote invloed heeft op je dagelijkse leven, kan het geen kwaad om eens langs te gaan bij je huisarts of gynaecoloog voor een check-up.
Je vagina evolueert met je mee doorheen de verschillende fases van je leven. Het is dus belangrijk om te beseffen dat jouw persoonlijk resultaat voor Isala – als het bijvoorbeeld iets minder gunstig lijkt – niet meteen betekent dat je vandaag nog tot hetzelfde type behoort. Daarom is onze belangrijkste boodschap altijd: als je klachten ervaart, contacteer dan je vertrouwde arts zodat je geholpen kan worden. Verder is het aangeraden om iedere 3 jaar een uitstrijkje te laten nemen bij je huisarts of gynaecoloog.
Er zijn inderdaad al een aantal studies die een verband leggen tussen het vaginale microbioom en vruchtbaarheid. Ook zou het microbioom gecorreleerd zijn met ivf-succes. Maar we weten nog niet genoeg om het vaginale microbioom al te kunnen gebruiken als diagnostisch middel tijdens een vruchtbaarheidstraject, laat staan dat er al therapieën ontwikkeld zijn om je vaginale microbioom te verbeteren en zo je vruchtbaarheid te verhogen. Dit is wel iets dat het Isala team heel graag in een vervolgtraject wil onderzoeken.
Wanneer het vaginale microbioom uit balans is, stijgt de kans op vaginale infecties en ziekten. Deze kunnen op hun beurt de kans op vroeggeboorte (d.i., een geboorte voor 37 weken) verhogen. Eerdere studies tonen aan dat het vaginale microbioom mogelijk gebruikt kan worden om een vroeggeboorte te voorspellen. Maar hier zijn nog meer onderzoeken voor nodig. Zo onderzoekt het Isala team momenteel samen met gynaecoloog prof. Gilbert Donders de link met het vaginale microbioom, vroeggeboorte en orale probiotica in een grootschalige interventiestudie.
Eerdere studies toonden al aan dat een ongebalanceerd vaginaal microbioom gecorreleerd is aan een verhoogde kans op het oplopen van een SOA (d.i., seksueel overdraagbare aandoening). Recentonderzoek toont verbanden tussen het vaginale microbioom en HPV, HIV. Zo is het minder voorkomen van Lactobacillis crispatusgeassocieerd met een hoger risico op deze SOAs. Andersom is het hebben van Gardnerellaook geassocieerd met zo’n hoger risico. Maar pas op: deze associaties of verbanden willen helemaal niet zeggen dat dat bij jou het geval is. Veilig vrijen blijft de boodschap, onafhankelijk van hoe je microbioom eruit ziet. Er is ook nog helemaal geen duidelijkheid uit het huidige wetenschappelijke onderzoek dat deze microbioomverschuivingen mee aan de oorzaak liggen van een SOA.
Terugkerende (of chronische) schimmelinfecties kunnen wijzen op een verstoring van het vaginale microbioom. Dat betekent dat het theoretisch mogelijk moet zijn om jouw vaginaal microbioom te versterken om het beter te laten vechten tegen schimmelinfecties. Alleen weten we op dit moment nog te weinig hoe we dit best doen. Eerder onderzoek van het Isala team werkte al aan de ontwikkeling van een vaginale gel met lactobacillen die schimmelinfecties kon verminderen. Zie hier en hier voor de links naar de studies.