Veranderen vrouwen na een abortuservaring van anticonceptiemethode?

Wist je dat België het beste anticonceptiebeleid heeft in Europa? Toch is abortus in ons land zeker niet zeldzaam. Uit cijfers blijkt dat 1 op de vijf vrouwen in België tegen de leeftijd van 50 jaar een abortuservaring heeft. De kans dat je vrouwen met een abortuservaring kent of zelf een abortuservaring hebt is dus groot. Dit veelvoorkomend maar geladen fenomeen onderzocht ik in mijn masterproef sociologie, waar de data van het Isala-onderzoek uitstekend bij aansloten.

24 juni schrapte het Hooggerechtshof van Amerika het landelijk recht op abortus. Deze beslissing veroorzaakte veel ophef rond het thema en liet ook België niet onberoerd. Exact vier dagen later verdedigde ik mijn masterproef rond abortus. Toen ik enkele maanden voordien ervoor koos de masterproef te wijden aan het thema abortus wist ik nog niet hoe actueel het zou zijn op het moment van inleveren. Maar dat abortus een thema is dat extra (wetenschappelijke) aandacht verdient, wist ik wel.

De ingevulde vragenlijsten die de deelnemers van Isala samen met hun swabs opstuurden bleken ook interessante data voor sociologisch onderzoek. Isala verzamelt rijke data die uitnodigt voor multidisciplinair onderzoek. Net als Isala zich wil toespitsen op het in kaart brengen van de vaginale gezondheid focuste mijn masterproef rond abortus op de reproductieve gezondheid en rechten van vrouwen. De onderzoekswereld iets meer een vrouwenwereld maken en taboe doorbreken zou je kunnen zeggen. Reproductieve rechten worden door Sensoa vzw, het Vlaams Expertisecentrum van voor Seksuele Gezondheid, verwoord als het basisrecht om vrij te beslissen over het aantal, de afstand tussen en het moment waarop men kinderen wil en het recht daartoe over informatie en middelen te beschikken.

Twee belangrijke voorwaarden voor dat reproductief recht is de toegang tot anticonceptiemethoden en legale abortus. Deze twee voorwaarden vormden dan ook de basis voor de vraag die ik wilde beantwoorden met mijn masterproef: Veranderen vrouwen na een abortuservaring van anticonceptiemethode? Zo ja, op welke manier en waarom?

Anticonceptie en abortus in Vlaanderen

België mag zich kronen tot het beste Europese land qua anticonceptiebeleid. De ‘European contraception atlas 2022’ lijst Europese landen op naargelang aanbod van, toegang tot en informatie over anticonceptie en België staat helemaal bovenaan. Dit hebben we te danken aan recente beleidsveranderingen zoals de terugbetaling van anticonceptiemethoden tot 25 jaar en de morning-afterpil die zo goed als gratis is sinds april 2020. Daar mogen we best trots op zijn.

Daarbij kan je in België legaal een abortus aanvragen tot 12 weken zwangerschap. Ter vergelijking: in Nederland kan abortus op aanvraag legaal tot 22 weken zwangerschap en in het Verenigd Koninkrijk tot 24 weken zwangerschap. De legalisering van abortus in ons land kent een lange geschiedenis en werd pas doorgevoerd in 1990. Een recht dat in heel wat landen en nu ook in verschillende staten in Amerika niet (meer) bestaat.

Figuur 1: Scores per land toegewezen door het European Parlementary Forom for sexual and reproductive rights. In de interactieve map scoort België in 2022 96,4% en Frankrijk 90,1%..

Anticonceptiegebruik en abortuservaringen bij de deelnemers van Isala

Figuur 2 Anticonceptiemethodes gebruikt in de Isala cohort

Maar waar ligt de link met het Isala-onderzoek? Alle deelnemers werden gevraagd welke anticonceptiemethoden ze toepasten. De populairste methode in Vlaanderen, de pil, was ook de populairste onder de deelnemers van Isala. Daarbij is het interessant om de onderverdeling naar leeftijd te bekijken. Vrouwen van verschillende leeftijdscategorieën kiezen voor andere anticonceptiemethoden. 

Figuur 3 Anticonceptiemethodes gebruikt in de Isala cohort naar leeftijd

Of de deelnemers al dan niet een abortuservaring hadden, werd ook bevraagd door Isala. Kiezen vrouwen met een abortuservaring andere methoden? Uit de studie bleek dat het anticonceptiegebruik van vrouwen met een abortuservaring te vergelijken valt met dat van vrouwen die minstens één gezonde zwangerschap hebben uitgedragen. Toch kiezen zij met een abortuservaring minder vaak voor de pil of barrièremethoden (voornamelijk condooms) en vaker voor een niet-moderne methoden (zoals periodieke onthouding) of een combinatie van methoden. Niet echt een antwoord op ‘hoe’ anticonceptiegebruik verandert na een abortuservaring.

Om een antwoord te vinden op de vraag hoe anticonceptiegebruik na een abortus eventueel verandert en wat de redenen hiervoor zijn, had ik meer data nodig. De resultaten uit de vragenlijst van Isala leverde een boeiende voorstudie op. Om een duidelijk beeld te krijgen hoe het anticonceptiepatroon voor en na een abortus verandert, besloten we tien diepte-interviews uit te voeren met vrouwen die een abortuservaring hebben gehad. Daaruit bleek dat, op één na, elke vrouw verandert van anticonceptiemethode na een abortus of ermee start. Een abortus op aanvraag is dus een duidelijke trigger om de keuze van anticonceptiegebruik te herzien. Daarbij is de keuze beïnvloed door de ervaring en emoties. De methode (of het niet toepassen) van anticonceptie die de vrouwen voor de abortus kozen, was voor de meesten geen optie meer. De nadruk lag op het gevoel van controle en dat gevoel konden ze niet meer krijgen bij de methode die ze voor de abortus kozen.


Figuur 4 Anticonceptiemethodes gebruikt door vrouwen met een abortuservaring tegenover vrouwen zonder abortuservaring in de Isala cohort. *LARC staat voor Long-Acting Reversible Contraception (bv.injecties, intra-uteriene apparaten, subdermale anticonceptie-implantaten, enz.)

Nu dat ik een spiraal heb en niet langer condooms, voel ik me wel veel zekerder. Ook omdat het dan is gebeurd terwijl ik geen spiraal had. Als ik dat misschien wel al had en dat was toen gebeurd, denk ik wel dat mijn gevoel hard veranderd was. Het vertrouwen erbij dan. Dus nu wel door dat spiraal, ben ik wel meer gerustgesteld van de kans is veel kleiner.”

Laure (18 jaar)

Naast de verandering was er nog een opvallende bevinding af te leiden uit de interviews. De betrouwbaarheid van de gekozen anticonceptiemethodes na de abortus steeg. Hieronder vind je een overzicht van de betrouwbaarheid van anticonceptiemethoden die ik ook voor mijn analyse gebruikte.

Figuur 5: De betrouwbaarheid van contracteptie methoden. Bron: https://www.optionsforsexualhealth.org/facts/birth-control/

Op één respondent na, kozen de respondenten steeds voor een meer betrouwbare methode na de abortus.

“Ja de betrouwbaarheid vond ik echt belangrijk en dat het niet meer bij mij kon liggen dat ik het fout deed en ook de gemakzucht, ik had echt zo iets van doe maar een spiraal dan moet ik me 5 jaar van niks iets aantrekken.”

Roos (24 jaar)

Eén respondent ‘daalde’ in betrouwbaarheid nadat ze ongewenst zwanger werd ondanks ze een koperspiraal had. Die methode vertrouwde ze niet meer en na de abortus ging ze over naar de pil. Bij juist gebruik is de pil ook een zeer betrouwbare methode. Het verlangen naar controle speelde een grote rol in haar keuze voor de pil.

“Ik heb in de nasleep ervan heb ik euhm, ik moest terug de pil hebben, ik moest iets hebben dat ik kon controleren.”

Maria (35 jaar)

Onderstaande figuur geeft een overzicht van de veranderingen in anticonceptiegebruik van de tien respondenten en de betrouwbaarheidsniveaus.

Figuur 5 Verandering in anticonceptiegebruik na een abortuservaring bij de tien respondenten in mijn masterproef

In België is het dus best fijn om vrouw te zijn. Anticonceptiebeleid is erg gunstig en abortus op aanvraag is legaal tot 12 weken zwangerschap. De data van Isala leverde een interessante voorstudie voor mijn masterproef op. Ook sociologen zijn geboeid door de reproductieve gezondheid van vrouwen maar dan vanuit een andere invalshoek. Hierbij een warme oproep voor sociologen en andere disciplines om aan te sluiten bij het onderzoek en het verder te verbreden. Omdat Isala, net als mijn masterproef, beoogt om taboes te doorbreken aan de hand van onderzoek, nodig ik je uit om na het lezen van deze blogpost eens met je vrienden of familie te praten over abortus en anticonceptie. Dat zou al een mooie stap zijn richting taboedoorbreking!

*namen zijn veranderd om de anonimiteit van de geïnterviewden te bewaren

Wie ben ik?

Mijn naam is Eva Jacobs, recent afgestudeerd als sociologe aan de Universiteit van Antwerpen. Samen met mijn promotor Nina Van Eekert en het Isala-team hadden we de ambitie om een masterproef te schrijven over abortus en anticonceptiegebruik. Dankzij hen heb ik me maandenlang met plezier ondergedompeld in wetenschap rond anticonceptie en abortus, thema’s waarvan ik niet wist dat ze me zo intens interesseerden en raakten. Ik ondervond tijdens het maken van deze masterproef en het interviewen dat abortus zich nog steeds erg in de taboesfeer bevindt. Dat vind ik oprecht heel jammer, zeker na het horen van de boeiende verhalen van de tien respondenten die open stonden voor een interview. Het zou dan ook heel fijn zijn dat deze blog een kleine bijdrage kan zijn in het doorbreken van dat taboe en om het gesprek te openen!